Prettige kerstdagen iedereen
Ik ben ondertussen in Griekenland aangekomen. De wegen zijn een beetje beter dan in Albanië, maar niet veel, en drukker. Het weer zit wel mee, overdag zon en rond de twintig graden. Veel mooie zandstranden die verlaten zijn. Het water is redelijk warm, maar net te koud. Toch heb ik een duik genomen omdat ik al een week geen douche heb gezien.
Ik kampeer nu meestal omdat het budget vriendelijker is. Dus de updates gaan wat trager. Ik ben nu onderweg naar Athene om daar een ferry te zoeken over de Griekse eilanden naar Turkije.
Fietser kwijtgeraakt
Montenegro binnen gereden via prevlaka, het was open. Een veel betere route met de fiets dan de hoofdweg. Als eerste richting de baai van Kotor. Hier ben ik eerder geweest maar toen ben ik alleen in Kotor e.o. geweest. Nu ben ik de hele baai, eigenlijk een fjord, rond gegaan. Waarschijnlijk de enige vlakke weg in Montenegro.
Ik blijf de kust volgen want dat is aanzienlijk warmer dan in het binnenland. Dus de volgende bezienswaardigheid word Budva wat bekend staat om zijn mooie stranden. De stranden waren wel de mooiste die ik langs de Adriatische kust heb gezien maar echt heel mooi nou ook weer niet. Misschien is het omdat het buiten het seizoen is of dat ik niet echt een strandliefhebber ben.
Op de route langs de kust kom ik nog een fietsreiziger tegen, Zenda Kwok uit Hong Kong. Altijd leuk om een collega tegen te komen. Hij is vrij idealistisch en sponsort unicef met zijn "Ride against climate change". Vanuit Wales is hij vier maanden geleden vertrokken en is al door bijna alle europese landen gegaan. Vanaf Turkije gaat hij door alle stan landen naar China en dan nog Japan om dan in Hong Kong te eindigen. Vanwege unicef wil hij van minder dan twee euro per dag leven, wat hem tot nu toe gelukt is. knap in het dure europa. Tefal heeft hem gesponsord met een 13-delige pannenset! Hij heeft maar twee dingen meegenomen, een fluitketel (??) en een grote sauspan waarvan de glazen deksel alleen al meer weegt dan mijn hele kookset. Zijn hele uitrustng is trouwens gigantisch vanwege de winter.
Samen zijn we die dag doorgefietst en hebben we overnacht in een verlaten gebouw langs de weg. Hij doet dat vrij vaak want je hoeft dan geen tent op te zetten. Wel zo makkelijk.
Omdat ik wat sneller klim dan Zenda ben ik een stuk verder dan hem, maar dan wacht ik even en fietsen we samen verder tot de volgende klim. Waarschijnlijk ben ik veel sneller geweest dan hem, want
ik zag hem niet meer na wachten. Ik ben toch langzaam verder gegaan om hem later tegen te komen omdat we dezelfde route volgen. Bij Shkodra in Albanie splitst onze route en hier heb ik nog tot
zonsondergang op hem gewacht. Helaas heb ik hem niet meer gezien. Ik hoop dat het goed met hem gaat.
Bij het wachten langs de weg in Albanie stoppen er regelmatig Albanezen en geven me fruit. Praten kunnen we niet want de taal lijkt op niets wat ik ken. Het fruit heb ik ook nog nooit gezien, het
lijkt op een granaatappel maar dan anders. Het is zoet en sappig, lekker.
Aan het al het afval langs de weg merk je wel dat je in een arm land bent. Het is hier wel heel goedkoop. Albanie is wel heel mooi als je de bergen in gaat, maar de wegen zijn zo slecht en
waarschijnlijk koud dat ik besloten heb om over de redelijk begaanbare hoofdwegen snel naar de Griekse grens bij Sarande te gaan. De wegen zijn druk, de vrachtwagens stinken en het uitzicht is
lelijk maar ik schiet wel op. Over een dag of vier ben ik waarschijnlijk in Griekenland.
Het einde van Kroatie
Met regen ben ik in Kroatië aangekomen. De volgende dag echter was het prachtig weer, stralend blauwe hemel en tegen de twintig graden. Dit was wel wat warm met vijf lagen kleding aan. Vroeg in de middag vond ik een klein schiereilandje met een kiezelstrand. Hier heb ik m'n tent opgezet en ben in de zon gaan zitten. De volgende dag was ook een zonnige dag. Echter was er een verschrikkelijke wind opgestoken, tot orkaankracht toe hoorde ik later. Dit is veel te gevaarlijk om te fietsen met bagage. De Jadranska magistrala, de kustweg langs de Kroatische kust, heeft op veel plaatsen geen vangrail. Als je naast de weg komt stuiter je eerst een paar keer op de rotsen om dan in zee te vallen. Gelukkig heb ik water genoeg om nog een dag op "mijn" schiereilandje te blijven.
De volgende dag was de storm weg, maar het mooie weer ook. De wind blijft voor oponthoud zorgen. Ik zit nu in Vodice in een appartement al voor de derde dag vanwege de harde wind. Maar ja het is niet zo gek voor deze tijd van het jaar.
Een paar dagen geleden ben ik wat verder van de kust gegaan. Veel dorpjes hier liggen nog steeds in puin van de oorlog. Wel een groot verschil met de kust.
Dit is wel de reis aan het worden waar alles kapot gaat. Het begon al bij aanvang met de gps en toen de trapas. Nu heb ik ondertussen al een gaatje in m'n luchtmatras moeten reparen, de slaapzak begon te scheuren en na een hachelijke tour over een berg op een geitepaadje zitten er ook een aantal gaatjes in m'n tassen. En nu komen er rare geluiden uit de naaf van het achterwiel. Dit heb ik provisorisch opgelost met wat geleend gereedschap van een garage. Tot nu toe werkt het nog steeds goed. Maar wat is het volgende wat kapot gaat ???
Ondertussen ben ik in Dubrovnik aangekomen wat betekent dat mijn tijd in Kroatie bijna overe is. Het is van hier een paar uur fietsen naar de grens met Montenegro. Ik wil de grens over bij
prevlaka, het meest zuidelijke punt van Kroatie. Deze grensovergang was tot verleden jaar dicht maar schijnt nu open te zijn.
In Montenegro wil ik verder de kust volgen en dan naar lake Skadar, wat half van Montenegro is en half van Albanie. Ik had graag de Tara canyon willen zien maar het is waarschijnlijk te koud nu. In
Montenegro zijn alleen bergen, dus koud.
Montenegro, Kroatie, Oostenrijk en Duitsland
Ik wil van de drukke kustweg af en ga naar het eiland Pag en eilandhoppend naar Rijeka in het noorden. Dit blijkt niet zo makkelijk te zijn want er zijn geen reguliere verbindingen tussen de eilanden alleen naar het vasteland. Dus met de ferry weer naar de kust. Vanaf de boot is het meteen steil omhoog naar de weg toe, 250 meter hoger. Dit is hetzelfde geval met de andere eilanden en ga dit dus niet doen, zo interessant zijn ze ook niet.
Over het weer heb ik het nog niet gehad want het is vrij eentonig. Overdag een graad of veertig en 's nachts vijfendertig. Er is nu gelukkig een flinke wind opgestoken die wat verkoeling
brengt.
Tot aan Kraljevica volg ik de kust. Hier ga ik weer de bergen in richting slovenië. Zo kan ik me weer richting Nederland fietsen. Hier kom ik een fietser uit Letland tegen. Een echte grammenjager,
hij had nog minder dan de helft van mij bij zich. Hij ging dan ook voornamelijk door de bergen. We hebben een tijdje gepraat en zijn toen weer doorgegaan. Hierdoor kwam ik niet in Slovenië. De
grens ligt op een pas op 1218 meter dus dat is mooi voor de volgende ochtend.
Nadat ik de pas ben gepasseerd ben ik weer in de EU en het begint te regenen. Niet zo erg na al die hitte. In anderhalve dag fiets ik door Slovenië en fiets ik bij Jezersko Oostenrijk in. Vrij vlot
kom ik bij de Drau. Hier schijnen de forellen zo in je emmer te springen!? De Drauradweg volg ik voor twee dagen. Even normaal vlak fietsen. Ik heb een kaart van Oostenrijk gekocht om uit te zoeken
wat de beste route naar het noorden is. Het maakt weinig uit, ik zal een paar joekels over moeten. Bij Spittal ga ik richting Salzburg. Ik moet over de Katschberg(1641 m.) en over de Radstädter
tauern(1739 m.) bij Obertauern. Het wordt geen hoogterecord voor mij, maar wel een zwaarterecord. De laatste vijf kilometer van de Katschbergpas heeft stijgingspercentages tussen de 15 en 30 %, 10%
stijging is voor mij heel zwaar. Ik redde het dan ook niet om in een keer boven te komen. Misschien had ik er niet aan het einde van de dag aan moeten beginnen toen ik er al 80 kilometer op had
zitten. Drie kilometer voor de top is een verlaten huis waar een vlak stukje grond achter ligt. Onder de overkapping kan ik wat eten maken, want het regent nog steeds. Het is ondertussen acht uur
en besluit hier te overnachten. Hopelijk komt de eigenaar hier niet 's morgens vroeg hout hakken want dat is het enige wat hier nog gebeurt. Ik heb ongestoord geslapen en heb zelfs nog droog
ontbeten. Toen ik weer verder ging begon het natuurlijk weer te regenen. Het had haast geen zin om op m'n fiets te stappen, want de afstanden die ik kon fietsen waren zeer kort. Ik veroorzaakte een
verkeersopstopping toen een leerling vrachtwagenchauffeur moest afremmen voor mij en toen sloeg z'n motor af. Het is niet makkelijk een vrachtwagen op gang te krijgen op een helling van 20%. Ik ben
maar afgestapt en heb gewacht tot alles gepasseerd was.
Zo'n twee uur heb ik er over gedaan om drie kilometer af te leggen. De weg naar beneden is net zo steil en in de regen afdalen is een behoorlijke klus. Nu naar Obertauern wat hier 25 kilometer
vandaan is. Dit is ook een zeer zware klim maar dit kon ik helemaal fietsen. Obertauern is een wintersportoord wat in de zomer met regen een trieste plek is. Snel naar beneden waar het hopelijk wat
warmer is, het is hier elf graden. Het werd iets warmer maar niet veel, wel een verschil met een paar dagen geleden. Van een Nederlander op de camping in Radstadt hoorde ik dat het slechte weer
alleen in dit deel van Oostenrijk was. Dus als ik een beetje doorfiets moet het beter worden, hij had gelijk.
Nu moet ik nog een pas over, pass Lueg, maar die is maar 552 meter hoog en ik ben op 500 meter. Het vreemde is dat ik de hele dag tegen bergen van dik over de 2000 meter aankijk. Ik bekijk m'n kaarten meerdere malen of ik iets gemist heb, maar ik kan niets vinden. Hopelijk kloppen de kaarten want veel zin in nog een megaklim heb ik niet. Wat blijkt pass Lueg is een hele smalle spleet tussen de bergen door. Op het smalste stuk misschien maar 50 meter breed. Wat een geluk, geen hoge klim maar wel een prachtige rit. De Salzach loopt hierdoorheen en die kan ik volgen naar Salzburg.
Vanaf Salzburg is het nog een klein stukje naar Duitsland. Deze route ken ik niet, maar het landschap wel. Heuvel op en af, maïsveld, grasveld, graanveld, heuvel op enz.,enz. In Landshut neem ik de trein en ga naar Würzburg. Een paar kilometer buiten de stad is een camping maar eerst wil ik wat eten. Vlakbij de camping kom ik een restaurant tegen, dacht ik. Buiten zitten wat mensen die zeggen dat er een prive feestje is maar voor een Nederlandse fietser willen ze wel wat proberen te regelen. Er komt een groot bord eten en bier. Daarna nog kaffee und kuchen. De mensen waren geïntresseerd in mijn verhaal maar na een uur of twee wilde ik betalen en doorgaan. Nu kom ik er achter dat dit helemaal geen restaurant is maar een soort buurthuis waar Anja haar 40e verjaardag viert. Ze vinden het leuk dat ik er ben en nadat ik m'n tent had opgezet en omgekleed was ben ik weer terug gegaan. Het werd laat.
In twee dagen ben ik naar Bischofsheim gefietst via de Main en de Saale. Hier merk ik dat ik toch wel moe ben. De teller is dan ook al de 5000 kilometer gepasseerd. Dus een paar dagen rust is geen overbodige luxe.
PS: De meeste fotoos van Kroatië zijn weg. Problemen met m'n nieuwe tablet pc.
Kosovo, Montenegro tot in Kroatië
Albanië en verder
Eerste dagen in Albanie
Abruzzen
Vlakbij de camping blijkt een fietspad te beginnen wat helemaal langs de Tiber de stad in gaat. Prima om mee te beginnen, want ik zal eerst Rome doormoeten om op de juiste weg te komen. Ondanks de gps is het nog een hele toer om door de stad te komen en de via Tiburtina te vinden. Deze weg gaat vanaf Rome naar Tivoli en dan de Abruzzen in. Het is helaas een hoofdroute volgens m'n kaart en zal dus wel druk zijn. Totaan Tivoli is het inderdaad heel druk maar ook vlak en met een flink tempo leg ik de 35 km naar Tivoli af. Tivoli ligt op de eerste helling die je tegenkomt en de weg stijgt dan ook ca. 200 meter. Tijdens de klim werdt het me voor het eerst teveel. Als ik niet gestopt was zou ik denk ik van m'n fiets zijn gevallen. Het was niet te steil, 6 tot 8%, maar het was op het heetst van de dag en ik had ondertussen al 50 km in hoog tempo zonder pauzes afgelegd. Gelukkig vond ik een heel klein beetje schaduw langs de weg en ben in m'n tassen gaan zoeken naar alles met suiker erin. Dit waren helaas maar enkele snoepjes, maar samen met het water wat veertig graden was en het zitten in de schaduw kwam ik wel weer genoeg bij om in Tivoli te komen.
Ik weet niet precies waar de Abruzzen beginnen, maar vanaf Tivoli begint het gebergte. Het verkeer op de via Tiburtina wordt hier een heel stuk rustiger. Het is ook een mooie route wat het fietsen
een stuk aangenamer maakt. De eerste camping bleek echter tever te zijn en heb voor het eerst deze reis in een hotelbed geslapen.
In Avezzano kom ik langs een groot winkelcentrum met een mediamarkt. Hier heb ik maar een klein tablet computertje gekocht. Wifi is overal beschikbaar maar zonder computer is het lastig
internetten. Ondanks de lange stop in het winkelcentrum leg ik toch een behoorlijke afstand af om in Scanno aan te komen.
Het gebied hier is werkelijk prachtig en verbaas me er over dat het zo rustig is. De bergen zijn behoorlijk hoog, ik moet soms passen van 1600 meter over, maar het is niet absurd steil. Ik ben nu op camping Genizia in Barrea wat aan het Lago di Barrea ligt en omgeven is met bergen. De eigenaar, Pasetta is zijn bijnaam en hij lijkt op Douwe dabbert, is een bergbeklimmer. Hij is geboren en getogen in Barrea en heeft alles beklommen hier. Hij heeft ook de K2 beklommen en een boek geschreven, wat je onmiddelijk te leen krijgt. Hij komt elke dag met nieuwe fietsroutes aanzetten waarvan ik er een aantal fiets. Het is elke dag boven de dertig graden, maar op deze hoogte, 800 m., is dit goed uit te houden. Pasetta zorgt er ook voor dat zijn routes door bossen gaan met veel schaduw.
Na vijf dagen vertrek ik toch, hoe mooi de Abruzzen dan ook zijn. Ik blijf wel in de Apenijnen. Er zijn hier geen campings meer dus moet ik wildkamperen. Het is hier niet zo'n probleem om een geschikte plek te vinden. Eigenlijk sta je beter dan op een camping want ik heb altijd de mooiste uitzichten. Toch ga ik nu richting de Adriatische kust, want het fietsen in de bergen begint zwaar te worden. Eenmaal de bergen uit begint het verschil met het noorden van Italie heel duidelijk te worden. Het is hier droog stoffig en vies. De openbare weg wordt ook als vuilnisbelt gebruikt. Toch groeien er de mooiste bloemen en planten tussen de vuilniszakken door. De camping aan de kust in Bisceglie is daarintegen wel weer leuk. Er is geen echt strand maar rotsen. Het is goed om de zee te zien. Het is vanaf hier een kleine vijftig kilometer naar Bari. Ik heb besloten hier de boot naar Durres in Albanie te nemen in plaats van Brindisi.
Tot in Albanie!